Lezing van dr. Willem Huberts over Wouter Lutkie en Anton van Duinkerken

Op 11 juni 2022 geeft dr. Willem Huberts een lezing over Wouter Lutkie en diens relatie met Anton van Duinkerken. De lezing wordt georganiseerd door Stichting Anton van Duinkerken Nu in samenwerking met Bibliotheek West-Brabant en Boekhandel Quist. De aanleiding voor de lezing vormt de biografie van Huberts over Lutkie die recentelijk bij uitgeverij Boom is uitgegeven: Soli Deo. Wouter Lutkie (1887 – 1968): Biografie van een priester-fascist.

Een goede manier om Anton van Duinkerken beter te leren kennen is via zijn tijdgenoten. In deze bijeenkomst zal dr. Willem Huberts ons meenemen in het levensverhaal van Wouter Lutkie en diens relatie met Anton van Duinkerken. De ‘ontmoeting’ tussen Lutkie en Van Duinkerken maakt het mogelijk om een licht te werpen op de culturele en politieke debatten binnen de katholieke zuil in de periode tussen 1930 – 1960. Welke positie namen Lutkie en Van Duinkerken in deze debatten en tegenover elkaar? Een van de punten die aan bod zal komen is de verhouding tot het fascisme; Lutkie was een overtuigd fascist en bevriend met Mussolini. Voor Lutkie was fascisme duidelijk onderscheiden van het nationaalsocialisme. Van Duinkerken een fel bestrijder van het nationaalsocialisme.

Datum: zaterdag 11 juni 2022

Tijdstip: 14.00 – 16.00 uur (inloop vanaf 13.45 uur)

Locatie: Bibliotheek West-Brabant, Kortemeestraat 17, Bergen op Zoom

Kaarten voor de lezing kosten €5,-. Deze kunt u kopen aan de deur of via deze link. Koffie, thee en iets lekkers tijdens de pauze zijn inbegrepen in deze prijs. Voor ‘vrienden van Anton’ is de toegang gratis.

Cahier Van Duinkerken

Omdat publieksactiviteiten niet mogelijk waren de afgelopen tijd hebben we een bundel gemaakt voor onze leden, de ‘Vrienden van Anton’. De bundel bevat bijdragen van Hanna Bervoets, Jos Versteegen (biograaf van Hans Keilson), persoonlijke herinneringen van een oudstudent van Prof.dr. Asselbergs en enkele teksten van Anton van Duinkerken die in context worden geplaatst. De bundel is met veel zorg vormgegeven door Xander Beusekamp. Voor niet-leden is de bundel uiteraard ook verkrijgbaar. We vragen hiervoor een kleine bijdrage van €5,-. Hiervoor wordt de bundel bij je thuisbezorgd. Mocht je interesse hebben in de bundel, stuur dan een mailtje naar info@antonvanduinkerken.nu!

U kunt weer op ons stemmen voor de Rabo Clubsupport

Voor het derde jaar op rij doen wij mee met de Rabo Clubsupport. De afgelopen twee jaar hebben we mooie bedragen mogen ontvangen, dankzij de stemmen van leden van Rabobank Het Markiezaat. Ook dit jaar hopen we dat u op ons zult stemmen. Met de opbrengst zijn wij van plan mooie projecten op te zetten, zoals het verfraaien van het Anton van Duinkerkenpark. Denk daarbij aan het opknappen van de naamborden en het plaatsen van informatieborden en gedichtenzuiltjes.

Stemmen is vanaf vandaag tot en met 25 oktober mogelijk via de RABO-app. U vindt onze stichting makkelijk door te zoeken op ‘Anton’. De uitslag wordt begin november bekend gemaakt.

Bij voorbaat dank voor uw stem en steun!

Hier loop ik dan..

Recentelijk heeft uitgeverij Rainbow een pocket gepubliceerd ‘Hier loop ik dan’ met werk van ‘wandelende schrijvers en schrijvende wandelaars’. Het boek is samengesteld door Wim Huijser. In de pocket is een fragment over ‘s-Hertogenbosch opgenomen uit Brabantse herinneringen van Anton van Duinkerken. Van Duinkerken was zelf een fervent wandelaar. Bernard Asselbergs, de jongste zoon van Anton van Duinkerken, vindt het mooi dat werk van zijn vader vandaag de dag opnieuw wordt uitgeven: ‘De pocket leest plezierig en nodigt uit om er op uit te trekken.’

Van Duinkerken over het Wilhelmus: luister online naar zijn redevoering!

Getuigenissen over Van Duinkerkens indrukwekkende welsprekendheid en improvisatietalent wekken al snel de nieuwsgierigheid op om zelf opnames van zijn toespraken te beluisteren. Wie al eens heeft geprobeerd om op YouTube een video- of audiofragment te vinden weet dat dat weinig resultaat oplevert.

Maar voor iedereen die nog steeds benieuwd is: er is troost! Prof. dr. Benno Zuiddam heeft op zijn blog een audio-opname gedeeld waarop een toespraak van Van Duinkerken integraal te beluisteren is. Zuiddam heeft de rede ingeleid aan de hand van Godfried Bomans’ karakterisering van het effect dat Van Duinkerken had op zijn toehoorders.

De rede werd in 1962 opgenomen door de Wereldomroep. Van Duinkerken spreekt over de context waarin het Wilhelmus is ontstaan, de opbouw van het lied en de betekenis ervan.

De blog door Benno Zuiddam (met de integrale redevoering) leest u hier:

https://www.bennozuiddam.com/unieke-redevoering-anton-van-duinkerken/

Mocht u verder willen lezen over dit onderwerp, dan vindt u een aansluitend commentaar bij het Wilhelmus in deel III van Van Duinkerkens Verzamelde Geschriften (Utrecht/Antwerpen, 1962), blz. 797-826.

Van Duinkerkens geboortehuis aan het begin van de twintigste eeuw

Op 2 januari 1903 werd Anton van Duinkerken geboren in de Sint Josephstraat in Bergen op Zoom. In zijn Brabantse herinneringen (1964) haalt Van Duinkerken warme herinneringen op aan zijn vroege jeugd en zijn geboortehuis. Zijn beschrijving van het huis toont een ander beeld dan hoe het er tegenwoordig uitziet:

Ons huis stond aan de linkerkant van de straat, een tamelijk groot herenhuis tussen twee kleinere huurwoningen, die er bij hoorden. Het was zelf maar twee kamers diep aan weerszijden van de voordeur, doch had een diepe uitbouw op het zuiden […]

Dit is terug te zien op onderstaande foto. In de deuropening staat Van Duinkerkens moeder met enkele van haar kinderen en (vermoedelijk) twee dienstmeisjes. De foto is naar schatting gemaakt rond 1911/1912. Anton van Duinkerken staat zelf niet op de foto.

Met dank aan Gijs Asselbergs voor het gebruik van de foto en de begeleidende informatie.

‘De keuzes van Anton van Duinkerken’

Onlangs verscheen in Impressie, het tijdschrift voor katholiek erfgoed van het Katholiek Documentatie Centrum (KDC) een artikel van de hand van onze voorzitter Michiel Besters: ‘De keuzes van Anton van Duinkerken. Hoe deze katholieke intellectueel balanceerde tussen loyaliteit en kritiek’.

Het artikel beschrijft hoe Van Duinkerken op verschillende momenten in zijn leven en op verschillende manieren een goede balans wist te vinden tussen loyaliteit aan de kerk en zijn positie als kritische intellectueel in een maatschappelijk debat.

Besters benoemt ook de perikelen rond zijn benoeming tot hoogleraar Nederlandse en algemene letterkunde aan de Katholieke Universiteit in Nijmegen. Onder druk van het Episcopaat moest Van Duinkerken zijn lidmaatschap van de Partij van de Arbeid opgeven om deze leerstoel te krijgen. Het recente bisschoppelijke besluit om de universiteit haar predicaat ‘katholiek’ te ontnemen geeft de aanloop naar Van Duinkerkens benoeming een actuele lading.

Het artikel is te vinden in: Impressie. Tijdschrift voor katholiek erfgoed 27 (2020), 20-22.

Wuiven op NPO1

Gistermiddag was onze penningmeester, Bart Nefs, in de uitzending van De Taalstaat op NPO Radio 1. Bart had een ‘vergeetwoord’ ingediend en mocht dat toelichten: wuiven. Bart had het woord ingediend naar aanleiding van Anton van Duinkerkens gedicht ‘De Wuivende’. Via onderstaande link is het radiofragment terug te luisteren:

https://www.nporadio1.nl/de-taalstaat/onderwerpen/68233-2020-11-21-het-vergeetwoord-wuiven

Eerder schreef Bart een artikel over ‘De Wuivende’. Dat vindt u hier.

Stichting Anton van Duinkerken NU en de RABOCLUBSUPPORTactie

Voor het tweede jaar nemen we deel aan de RABOCLUBSUPPORT. Vorig jaar hadden we een opbrengst voor onze stichting van € 185,00. Een mooi bedrag, maar dit jaar mikken we op wat meer. Dat hangt echter helemaal af van het aantal stemmen dat de leden van de Rabobank Het Markiezaat op onze stichting gaan uitbrengen! En misschien dus ook van u. We rekenen graag op uw steun in de vorm van 2 stemmen op onze stichting.

Ieder lid van de Rabobank kan vanaf vandaag 5 stemmen uitbrengen op de aangemelde clubs. Men mag maximaal 2 stemmen uitbrengen op eenzelfde “club”. Dus hopen wij dat u tweemaal stemt op Stichting Anton van Duinkerken NU; de overige stemmen kunt u uitbrengen op een andere vereniging of stichting.

Hoe en waar kunt u uw stem uitbrengen?

Stemmen is mogelijk via de RABO App. Heeft u geen RABO App? Dan kunt u ook gebruik maken van de unieke stemcode die u heeft ontvangen in een brief van de Rabobank. Hiermee kunt u stemmen via www.rabo-clubsupport.nl/stemcode. Met uw code kunt u inloggen. U vindt onze stichting makkelijk door te zoeken op ‘Anton’. Hier kunt u uw stem op onze stichting uitbrengen (het liefst tweemaal natuurlijk). En uiteraard kunt u daar ook lezen wat we als bestuur met de opbrengst van plan zijn.

Bij voorbaat heel hartelijk dank voor uw stem(men) en steun voor onze stichting!

Eigen Brabantse herinneringen naar aanleiding van Van Duinkerken en een linosnede

Onlangs plaatsten we een stuk over Anton van Duinkerken als onderwerp in het werk van de Bergse kunstenaar Fons Gieles. Eén van die werken was de lino De Koewachter, waarvoor Gieles inspiratie vond in Van Duinkerkens beschrijving van de Sint-Josephstraat in zijn Brabantse herinneringen (1964). Dit was weer aanleiding voor Jeroen de Wit, een van de Vrienden van Anton, om een stuk te schrijven over zijn eigen herinneringen aan deze straat. Zijn notitie laat zien hoezeer dit stukje van de Bergse binnenstad door de jaren heen is veranderd.

De oudste jongen van bij-ons-over was koewachter. Ik heb hem om dit vak benijd. Hij droeg, dertien of veertien jaar oud, een donkerblauwe kiel en een zwarte luifelpet. Hij liep met een dunne stok achter de koeien aan, als ze ’s avonds naar de stallen kwamen. Dit was tot daaraan toe, doch hij bezat een koehoorn, waarop hij toeteren kon. Dan riep hij met golvende zangstem, zodra hij met zijn vee de hoek van de Stationstraat naar de Sint Jozefstraat omsloeg: ‘Loeie, loeie, loeie, daar zijn de koeien, loeie loeie, la, De koeien zijn daar!’. Op dit signaal gingen de stalpoorten open bij zijn vader, de Nul Verdult, en bij-ons-naast, bij de Trui Franken, want er woonden vijf koeien in onze straat en drie in de Wassenaarstraat.

Aldus schrijft Anton van Duinkerken (pseudoniem van professor Willem Asselbergs) in zijn autobiografische werk Brabantse Herinneringen (1964). De Bergse kunstenaar Fons Gieles (1924-1995) maakte bij het fragment een linosnede en stelde de plek ietwat fantaserend (of zo je wil romantiserend) agrarischer voor dan deze ooit geweest is. Want de Sint-Jozefstraat was wel een straat met aaneengesloten huizen, en geen losstaande boerderijen.

Fons Gieles, De koewachter (1979), collectie familie Gieles.

Willem Asselbergs werd geboren op 2 januari 1903 in Bergen op Zoom. Zijn ouderlijk huis stond in de Sint-Jozefstraat. Een straat waar ik als kind in de jaren zestig dagelijks twee keer vice versa doorheen liep om naar school te gaan. Een straat waaraan je de geschiedenis van de veranderingen in de Brabantse samenleving kunt aflezen, iconisch voor de omschakeling van een agrarische naar een industriële samenleving en van een kerkelijke omgeving naar een geseculariseerd winkelgebied.

Van Duinkerken geeft een beschrijving van een stukje Bergen zoals ik het nog enigszins heb gekend. De straten die hij noemt, volgden het patroon van de gesloopte stadswallen, en vertoonden in de jaren zestig nog de restanten van agrarische arbeid en industriële nijverheid. De Wassenaarstraat en Sint-Jozefstraat lagen op het terrein van de gesloopte vestingwerken van het stadje en daar woonden toen nog hoveniers. In de Wassenaarstraat hadden die ook hun winkeltjes, sommige groenten kwamen zo van het land. Omdat al die hoveniers Franken en Nuijten heetten, Musters of Verdult (‘daar wordt een half telefoonboek mee gevuld’ rijmde een carnavalsliedje), droegen ze allemaal bijnamen, zoals de ´kattenaaier´ en de ´Boeboe´, waar je toen twee kroppen sla voor een kwartje kon kopen. De Stationsstraat, die haaks ligt op deze straten, vormt de verbinding van de stad naar het station met zijn rijzige herenhuizen, die mede door toedoen van de overgrootvader van Willem, een invloedrijke industrieel, gebouwd zijn, en waar hijzelf in het midden woonde in een pand met de voornaamheid van een paleis.

De Sint-Jozefstraat draagt zijn naam naar het rectoraatskerkje Sint-Joseph, in de volksmond beter bekend als het Smitskerkske dat daar lag, een hulpkerkje van de Maagdkerk. Daarachter lag De Vetpan, zoals het complex in de volksmond heette, waarom weet ik eigenlijk niet: een groot gebouw van de Jozefgezellenvereniging, een soort patronaat geïnspireerd op het werk van de Duitse priester Adolf Kolping met als doelstelling om jongemannen boven de 17 jaar een ‘godsdienstzedelijke, sociale en culturele opvoeding’ te geven. Aan het eind van de Tweede Wereldoorlog werd het grotendeels verwoest door een V-1; in mijn kindertijd was het een ruïneus complex. De Harmonie ‘Kolpings Zonen’, de Sjefkes in de volksmond, genoemd naar de Jozefparochie, repeteerde nog lange tijd in het Smitskerkse en in mijn tijd had ook de verkennerij daar nog een ruimte, bereikbaar via De Vetpan.

Aan de overkant lag de melkfabriek van de Wouwsche Coöperatie die doorliep tot in de Koevoetstraat waar een melkwinkeltje was. Liep je rechtdoor in de Sint-Jozefstraat, voorbij het urinoir, later stond er een friettent, dan kwam je in de Kloosterstraat, alwaar de scholen stonden van de nonnen (Franciscanessen van Roosendaal, oorspronkelijk een Franse orde) en waar ik bij soeur Fernanda de Montessori-kleuterklas deed. Jongens konden daar trouwens alleen terecht voor de kleuterschool; op veilige afstand van de meisjes was de jongensschool gevestigd van de Broeders van Huijbergen, waar ik mijn lagere school volgde.

Van Duinkerken vertelt dat zijn grootvader tijdens zijn geboorte in de kerk zat. De trotse vader, een bierbrouwer, stond hem op te wachten bij het uitgaan van de kerk en riep hem uit de verte toe: ‘Er is een nieuwe brouwer!’ ‘Dat treft’, sprak de oude man, ‘ik heb gisteren een nieuwe brouwerij voor hem gekocht!’. Dat was duidelijk bedoeld als een grap. Het betrof de oude suikerfabriek ‘De twaalf apostelen’ die rijp was voor de sloop. ‘Het enige plezier dat ik ooit van mijn eigen fabriek beleefd heb, is dat ik er de schoorsteen van heb mogen neerhalen’, meldt Van Duinkerken. De naam van die fabriek verraadt ook wat Brabantse -prozaïsche- humor. Het was zeker geen katholieke fabriek, maar de geldschieters waren bij de oprichting twaalf in aantal geweest! Deze fabriek heeft gestaan in de Bredasestraat, zo ongeveer tegenover waar ik woonde. In die straat was, als vervanging van het Smitskerkske, in 1913 de Sint-Jozefkerk gebouwd door de illustere bouwpastoor J. A. Jooren die zijn geld wel wist te vergaren bij de familie Asselbergs. Mijn moeder was een van de eerste dopelingen van de nieuwe kerk.

Sint Josephplein en -straat aan het begin van twintigste eeuw. Achteraan de Sint Josephkerk uit 1913 en uiterst rechts is ’t Smitskerkske te zien (collectie Foto Archief Bergen op Zoom).

Bergen op Zoom ging mee in de vaart der volkeren. Het hulpkerkje was in de jaren zestig nog een houtopslagplaats, tot het plaats maakte voor de Rabobank. Op de plaats van het patronaatsgebouw kwam begin jaren zeventig de Lucernaflat: op de begane grond C&A en daarboven een lelijke veertien verdiepingen tellende hoge kantoorflat, een doorn in het oog van de bevolking en een mislukt speculantenproject, want er waren geen bedrijven te vinden die er hun kantoor in wilden vestigen. Op de plaats van de melkfabriek kwam de Hema. Zo viel van lieverlee de hele Sint-Jozefstraat ten prooi aan de uniforme winkelnering van Kruidvatten-en-Xenossen.

De nonnenschool, de broederschool, de parochiekerk: ze gingen allemaal één voor één tegen de vlakte. Alleen het Heilig-Hartbeeld staat nog eenzaam op het Pastoor Joorenplein, met als opschrift Regi suo cives: ‘De burgers aan hun Koning’. Mijn schoonzus fietste met haar zoontje-van-pakweg-vijf achterop langs dit beeld. ‘Wie is die meneer?’, vroeg hij. Dat was nou niet de juiste plek en omstandigheid voor een catechese aan haar kind die zij bovendien niet gelovig wilde opvoeden. ‘Dat vertel ik je nog wel eens…’ Even was het stil achter haar. En toen een stemmetje: ‘Ik denk dat het Jezus is…!’.

Een laatste restantje. Alleen de straatnamen en een beeld waarvan bijna niemand nog de betekenis kent, herinneren aan een idyllisch Roomsch verleden…

Jeroen de Wit